1 november–31 december 2002 / Leidsche Rijn
Locatie: De Veldhof, Heldammersingel, Leidsche Rijn, Utrecht
Nathan Coley (1967, Dundee) heeft de wegen die in Leidsche Rijn zijn gebouwd en de systemen die hun constructie vergezelden – fondsen, politiek, sociale planning, maar met name mensen – onderzocht. Deze lokale omstandigheden in ogenschouw nemend, moest hij denken aan het werk van de Engelse kunstenaar, denker en schrijver John Ruskin (1818-1900) waarin het verschil tussen bouwen en architectuur centraal stond. Het bouwen is, in Ruskin’s optiek, een puur functioneel proces terwijl architectuur zich bezighoudt met betekenis. In de tijd dat hij lesgaf aan Oxford University ondernam Ruskin met zijn studenten een project, de bouw van een weg, om hen ‘de waardigheid van fysieke arbeid bij te brengen’. “Deze weg zelf was onopmerkelijk, maar het proces dat betrekking had op de realisatie was echt verbazingwekkend” zegt Coley.
Coley zocht met hedendaagse middelen de “waardigheid van fysieke arbied” te repliceren door met studenten van de academie in Utrecht te werken aan de productie van een groot banier met daarop een anecdote over Ruskin’s Road. Door dit banier aan een hoog onaf bouwwerk in Leidsche Rijn te bevestigen, wil hij de idee erkennen dat waardigheid gevonden kan worden in andere levensgebieden zoals bijvoorbeeld fysieke arbeid, en dat het samenwerken dat komt kijken bij bouwen ook kan bijdragen aan de vorming van een gemeenschap.


